Hoewel de bijnamen haar achtervolgden tot ver na haar veertigste verjaardag, was dat niet het geval geweest met de avances en loerende blikken. Nadat deze nieuwtjes over haar de ronde hadden gedaan, leerden haar mannelijke collega’s haar te respecteren en verder te kijken dan haar lichaam - een lichaam dat altijd goed verzorgd had en waarvan ze, met enige mate van gedempte trots, wist dat bij de meeste mannen een tien zou scoren.
Maar nu op vijfenvijftig ontdekte ze dat ze zelfs haar oude bijnamen miste. Nooit had ze gedacht dat haar pensioen zo moeilijk zou zijn. Oefenen op de schietbaan was prima maar slechts een flauw afkooksel van wat haar verleden eens geweest was. Ze had geprobeerd het verlangen naar haar verleden weg te nemen door te gaan lezen. Ze had besloten dat ze vooral over wapens zou lezen en had talloze boeken verslonden over de geschiedenis van wapengebruik, hoe ze werden vervaardigd, de voorkeur voor bepaalde wapens door militaire generaals en alles wat je maar kan te weten komen over wapens. Dat was de reden waarom ze nu een M1911 gebruikte, vanwege zijn rijke geschiedenis en betrokkenheid bij zo veel Amerikaanse oorlogen, waarvan een vroeg model al in de Eerste Wereldoorlog werd gebruikt.
Ze had ook eventjes geprobeerd om van fictie te genieten maar slaagde er niet helemaal in om ervan te genieten, hoewel ze toch veel plezier beleefd had aan de boeken over cybercriminaliteit. Ook had ze geprobeerd de boeken te herlezen die ze in haar jongere jaren had aanbeden maar het leek alsof ze niets meer interessants kon ontdekken in het leven van al die neppersonages. En omdat ze niet de trieste pas gepensioneerde dame wilde worden die al haar tijd doorbracht in de plaatselijke bibliotheek, had ze alle boeken die ze het afgelopen jaar had gelezen bij Amazon besteld. Ze had er meer dan honderd in dozen in haar kelder gestapeld. Ze dacht eraan om ooit op een dag een paar boekenkasten te bouwen en van de ruimte een echte studiekamer te maken.
Het leek erop alsof ze toch niet veel andere dingen te doen had.
Geschrokken door het idee dat ze het laatste jaar van haar leven niets had gedaan, zonk Kate Wise langzaam neer op het bed. Ze bleef daar enkele minuten zitten zonder een beweging te maken. Ze keek naar het bureau aan de andere kant van de kamer en zag daar de fotoalbums netjes opgesteld staan. Daar kon ze maar één enkele familiefoto ontdekken. Een foto van haar overleden echtgenoot, Michael, met zijn armen stevig om hun dochter naast een glimlachende Kate. Een foto genomen op strand, niet van de beste kwaliteit maar die toch altijd haar hart verwarmde als ze ernaar keek.
Alle andere foto’s in de mooie omlijstingen waren echter van het werk: foto’s achter de schermen aan het werk, foto’s van de legendarische verjaardagsfeestjes binnen het Bureau, zijzelf in actie op de schietbaan, de atletiekbaan, enzovoort.
Ze had het laatste jaar van haar leven echter doorgebracht als een angstig kwezeltje dat nooit het kleine dorpje uitkwam. Of als de oude voetballer, altijd in de buurt van iedereen die deed alsof ze luisterden naar de oude verhalen van alle gescoorde doelpunten toen hij nog de ster op de middelbare school was.
Ze leek niet beter te doen dan hen.
Met een lichte huivering stond Kate op en liep naar de fotoboeken die op haar bureau lagen. Langzaam en bijna methodisch bladerde ze alle drie door. Ze zag foto’s van haar jongere zelf, evoluerend door de jaren heen tot het moment dat je plaatjes enkel nog op je telefoon kon terugvinden. Ze zag zichzelf en mensen die ze goed gekend had, degene die aan haar zijde het leven verloren hadden en ze begon te beseffen dat, hoewel deze momenten van groot belang waren geweest voor haar ontwikkeling, ze haar toch niet volledig hadden gedefinieerd.
De krantenknipsels die ze had verzameld en achter in het album had bewaard, vertelden het volledige verhaal. Ze was het hoofdpersonage in elk artikel. KILLER VAN TWEEDE-JAARS AGENT NABS OP VRIJE VOETEN luidde een titel; VROUWELIJKE AGENT DE ENIGE OVERLEVENDE IN EEN SHOOT-OUT WAARBIJ 11 HET LEVEN LIETEN. En dan het artikel waardoor de legende echt tot leven kwam: NA 13 SLACHTOFFERS WERD DE MOONLIGHT MOORDENAAR EINDELIJK GEGREPEN DOOR AGENT KATE WISE.
Volgens alle redelijke gezondheidsvoorspellingen had ze nog minstens twintig goede jaren voor de boeg - zelfs veertig als ze er op de een of andere manier in zou slagen een manier te vinden om de strijd met de dood aan te gaan. Zelfs als ze het gemiddelde nam en het loodje zou leggen op vijfentachtig dan waren er nog dertig jaren te gaan...en dat is best veel.
Ze kon veel doen in dertig jaar, veronderstelde ze. Tien van die jaren zouden nog echt goed kunnen zijn voordat de oude dag echt binnensloop en haar goede gezondheid begon aan te tasten.
De vraag was natuurlijk wat ze met die jaren zou kunnen doen.
En ondanks ze de reputatie een van de beste agenten van de afgelopen decennia van het Bureau te zijn, had ze geen idee waar ze moest beginnen.
***
Maar toch was Kate er ook in geslaagd om naast haar uitstapjes naar de schietbaan en haar bijna obsessieve leesgewoonten een wekelijkse gewoonte te maken van een koffie uitje met drie andere vrouwen. Gekscherend beweerden ze dat zij het meest trieste clubje ooit vormden: vier vrouwen die al vroeg met pensioen gegaan waren en geen idee hadden wat ze moesten aanvangen met al hun vrije dagen.
De dag na haar revelatie reed Kate naar hun favoriete koffiehuis. Het was een klein familiebedrijf waar de koffie niet alleen beter was dan het te dure sop bij Starbucks maar de plek ook niet overspoeld werd door millennials en verveelde voetbalmoeders. Ze liep naar binnen en voordat ze naar de toonbank ging om haar bestelling te plaatsen, keek ze reeds naar de gebruikelijke tafel achterin. Twee van de drie andere vrouwen waren er al, zwaaiend naar haar.
Kate pakte haar hazelnootbrouwsel en ging bij haar vriendinnen aan tafel zitten. Ze ging naast Jane Patterson zitten, een zevenenvijftig jaar oude spring in ‘t veld die zeven maanden geleden met pensioen was gegaan en tussen bedrijven heen en weer had gerend als consultant voor een telecommunicatiebedrijf van de overheid. Tegenover haar zat Clarissa James, iets meer dan een jaar met pensioen en sindsdien actief als parttime instructrice criminologie bij de FBI. Het vierde lid van hun troosteloze clubje, een vijfenvijftigjarige pas gepensioneerde vrouw genaamd Debbie Meade, was nog niet op komen dagen.
Vreemd, bedacht Kate. Meestal is Deb hier altijd als eerste.
Op het moment dat ze ging zitten, keken Jane en Clarissa zenuwachtig op. Dit was bijzonder vreemd omdat het absoluut niet paste bij Clarissa haar gewoonlijke vrolijke uitstraling. In tegenstelling tot Kate was Clarissa al snel van haar pensioen gaan houden. Kate veronderstelde dat het hielp dat Clarissa getrouwd was met een actieve kerel die bijna tien jaar jonger was, die in zijn vrije tijd deelnam aan zwemwedstrijden.
“He, wat is er met jullie aan de hand?” Vroeg Kate. “Je weet toch dat ik hier kom om te proberen gemotiveerd te raken over mijn pensioen, nee? Jullie twee zien er ronduit triest uit.”
Jane en Clarissa deelden een blik die Kate talloze malen eerder had gezien. Tijdens haar tijd als agent had ze die opgevangen in woonkamers, ondervragingskamers en wachtkamers van ziekenhuizen. Het was een blik die een simpele vraag vertaalde zonder een gesproken woord: wie gaat het haar vertellen?
“Wat is er aan de hand?” vroeg ze nogmaals.
Ze was zich plotseling heel bewust van de afwezigheid van Deb.
“Het is Deb,” zei Jane en bevestigde het angstige gevoel dat ze had.
“Nou, Deb niet precies,” voegde Clarissa eraan toe. “Het is haar dochter, Julie. Heb je haar ooit ontmoet?”
“Eens, denk ik,” zei Kate. “Wat is er gebeurd?”
“Ze is dood,” antwoordde Clarissa. “Moord. Tot nu toe hebben ze geen idee wie de dader is.”
“Oh mijn god,” zei Kate oprecht bedroefd voor haar vriendin. Ze kende Deb al ongeveer vijftien jaar nadat ze haar had ontmoet in Quantico. Kate had gewerkt als assistent-instructeur voor een nieuwe lichting veldagenten en Deb had met enkele technische ratten gewerkt aan een nieuw beveiligingssysteem. Het klikte meteen tussen hen en waren snel goede maatjes geworden.
Het feit dat Deb haar nog niet eerder met het nieuws had gebeld of een sms’je had gestuurd, liet zien hoe snel vriendschappen door de jaren heen konden veranderen.
“Wanneer is dit gebeurd?” Vroeg Kate.
“Ergens gisteren,” antwoordde Jane. “Ze heeft me er vanmorgen net een berichtje over gestuurd.”
“Hebben ze geen verdachten?” Vroeg Kate.
Jane haalde haar schouders op. “Ze zei alleen maar dat ze niet weten wie het gedaan heeft. Geen aanwijzingen, geen sporen, helemaal niets.”
Kate voelde zichzelf meteen in de agentmodus gaan. Ze bedacht dat het net was zoals een getrainde atleet zich moet voelen nadat hij te lang buiten zijn favoriete arena was geweest. Ze had misschien geen gras of een aanbiddende menigte om er haar aan te herinneren hoe haar glorietijd was geweest, maar ze had wel een bijzonder goed getrainde geest voor het oplossen van misdaden.
“Doe het niet,” zei Clarissa terwijl ze haar beste glimlach probeerde.
“Wat niet?”
“Word nu niet agent Wise,” zei Clarissa. “Probeer nu eventjes gewoon haar vriendin te zijn. Ik zie die radertjes in je hoofd al op volle toeren draaien. Jeetje, dame. Heb jij geen zwangere dochter? Sta je niet op het punt om grootmoeder te worden?”
“Wat een manier om me te porren als ik down ben,” repliceerde Kate met een glimlach. Ze liet de opmerking los en vroeg toen: “Debs dochter... had ze een vriendje?”
“Geen idee,” antwoordde Jane.
Een ongemakkelijke stilte daalde neer over de tafel. In het jaar of zo dat hun kleine groepje pas gepensioneerde vrienden elkaar wekelijks had ontmoet, waren de gesprekken altijd overwegend licht geweest. Dit was het eerste zware onderwerp en het paste niet in hun routine. Kate, was natuurlijk gewend aan deze gesprekken. Gedurende haar tijd op de academie had ze geleerd hoe ze met deze situaties om moest gaan.
Maar Clarissa had natuurlijk gelijk. Bij het horen van dit verschrikkelijke nieuws was Kate onmiddellijk in de agentmodus gegleden. Ze besefte dat ze eerst als vriendin had moeten denken - denkend aan Debs verlies en ontroostbaar verdriet. Maar de agent in haar bleek te sterk, de instincten waren nog steeds paraat na een jaar op de plank te hebben gelegen.
“Maar wat kunnen we doen om haar nu te helpen?” vroeg Jane.
“Ik zat te denken aan een maaltijdcarrousel,” zei Clarissa. “Ik ken een paar andere dames die mogelijk aan boord kunnen komen. Gewoon zorgen dat ze de komende weken niet voor haar gezin hoeft te koken, terwijl ze dit allemaal moet verwerken.”
De volgende tien minuten planden de drie vrouwen de meest effectieve manier om een maaltijdcarrousel op te zetten voor hun door het noodlot getroffen vriendin.
Maar voor Kate bleef het gesprek aan de oppervlakte. Haar gedachten gingen ergens anders heen en probeerden verborgen feiten en weetjes over Deb en haar familie op te graven, in een poging er een zaak van te maken waar er misschien niet eens een was.
Of misschien toch wel, bedacht Kate. En ik denk dat er maar één manier is om daarachter te komen.
О проекте
О подписке